Homilie Paasmorgen 9 april 2023 in de Basiliek Onze Lieve Vrouw ten Hemelopneming te Zwolle door
hulpbisschop Mgr. Th.C.M. Hoogenboom.
Broeders en zusters, een aantal jaren geleden dacht ik dat ’t nuttig was een cursus snellezen te volgen. Je moet veel lezen en als dat minder tijd kost dan is dat meegenomen. Ik kan u zeggen: dat snellezen, dat moet je niet doen als je de Bijbel leest.
De steen is weg
Johannes is een fantastische schrijver, een verteller. Hij beschrijft hoe Maria Magdalena, het is nog donker, naar het graf gaat. De Engelsen spreken over sympathetic nature: de natuur doet mee. Het is donker, het is mistig: het verdriet van Maria Magdalena is zichtbaar en tastbaar. De Heer, die haar van duivels had bevrijd, is gestorven. En wat een schrik is het als ze bij het graf komt en ze ziet dat de steen is weggerold. Een tijdje geleden sprak ik iemand, die zei: “Dat verhaal van de graflegging, dat er een grote steen voor het graf is gerold, dat deed mij denken: het is afgelopen met Jezus. Maar door goddelijke kracht is die steen, die steen van menselijke macht, die steen van zonde, die steen van ongerechtigheid in onze samenleving, in onze wereld, die is weggerold.
Zien en geloven
En dan, Johannes schrijft zijn Evangelie ongeveer 50 jaar nadat de gebeurtenissen hebben plaatsgevonden, dan beschrijft Johannes hoe Petrus en (hij zegt ‘die andere leerling’ – waarmee hij zichzelf bedoelt – bij het graf aankomen. En Petrus gaat naar binnen. En dan ziet hij dat het graf leeg is. Alleen de zwachtels liggen er nog. En dan zegt Johannes – een beetje met tongue in cheek humor – maar de leerling die hem vooruitgesneld was – hij bedoelt zichzelf – die ging nu wel het graf binnen. En dan staat er drie keer het woordje ‘zien’. En de laatste keer staat er: hij zag … en geloofde. Want In het Johannesevangelie heeft geloven alles te maken met ziende worden, weer gaan zien. Zoals Jezus tijdens zijn aardse leven blinden had genezen, weer ziende had gemaakt, zo komt deze leerling tot geloof terwijl hij het lege graf ziet. Hoe is dat precies gebeurd? Wetenschappers zouden zich er het hoofd over kunnen breken. Maar we moeten aan de Evangelietekst niet de verkeerde vragen stellen. Onze nieuwsgierigheid wordt vandaag niet bevredigd. We weten niet hoe Jezus uit de doden is opgestaan, alleen dát. En dát precies, dat het graf leeg is, dat bracht die jongere leerling Johannes tot geloof. En door de eeuwen heen is dat geloof verkondigd over de hele wereld.
Twee weken geleden was ik in Rome, en daar mocht ik Paus Franciscus ontmoeten en toen ik voor hem stond en hem een hand gaf, toen dacht ik: dit is wel de man die de persóónlijke opvolger is van Petrus. De eerste van de apostelen. En die de apostolische geloofsbelijdenis lééft, en voorleeft. Met zo’n kracht, met zo’n enthousiasme dat de hele wereld er warm door is geworden in de afgelopen 10 jaar.
San Egidio
Zijn er nog paasverhalen in deze tijd? Ik wil u er eentje vertellen uit mijn persoonlijke ervaring. 25 jaar geleden mocht ik van kardinaal Simonis in Rome gaan studeren. En ik kwam daar op een dag in Trastevere, een oude volkswijk van Rome, en ik kwam daar in de kerk Santa Maria in Trastevere, waar de gemeenschap Sant’ Egidio is gevestigd. Ik wist niet veel van Sant’ Egidio. Er was daar ’s avonds een gebedsdienst. Ik ging in de bank zitten en naast mij ging een jong meisje zitten. En het viel me op dat ze hele vuile handen had. Ik dacht nog: had je niet even je handen kunnen wassen voordat je naar de kerk ging. Maar na afloop sprak ik met haar, in mijn gebrekkige Italiaans – toen nog – en toen zei ze dat ze net uit de keuken kwam. Ik zeg: uit de keuken? Ja, want ze had eten gemaakt voor de dak- en thuislozen. En direct daarna was ze naar de gebedsdienst gegaan. En ik hoorde van Sant’ Egidio, die kerk in Trastevere, waar 30 jaar geleden totaal verwaarloosd was. Drugsgebruikers zaten in het portaal, er durfden geen mensen meer naar de kerk – en door de inzet van een pastoor is die gemeenschap daar tot bloei gekomen: is het een gemeenschap geworden waar in plaats van dood, en teleurstelling, en uitzichtloosheid weer het Evangelie werd geleefd en voorgeleefd. In de hulp aan dak- en thuislozen. In de hulp aan mensen die de taal niet beheersen. En later is Sant’ Egidio ook gaan helpen de vele bootvluchtelingen. En Paus Franciscus heeft aan Sant’ Egidio speciaal de opdracht gegeven om daar werk van te maken.
Broeders en zusters, zo heb ik dus in Rome meegemaakt hoe een kerk die ogenschijnlijk dood was weer tot nieuw leven kwam. En hoe? Door de combinatie van gebed en inzet. Persóónlijke inzet. De mensen van Sant’ Egidio zeggen: wij hebben geen ‘cliënten’. De mensen voor wie wij ons inzetten, dat zijn onze vríenden. De basis voor onze hulp is vriendschap. Want, zeggen ze, bij Sant’ Egidio, wat ik geef, dat krijg ik vaak in toenemende, in overvloedige mate terug van de mensen die ogenschijnlijk helemaal niets hebben. Sant’ Egidio groeit en bloeit, wereldwijd. Komt op tegen het voltrekken van de doodstraf. Verzoent volkeren in Afrika die in oorlog zijn. Op tal van manieren zijn ze in de wereld actief en leven ze het Evangelie vóór.
Méér dan het gewone
Broeders en zusters, we leven in een wereld met veel zorgen. En de oplossing lijkt te zijn: als we alles maar goed regelen, als het recht maar wordt geëerbiedigd, dan komt het allemaal wel goed. En dat is ook zo. Maar dat is maar de helft van de waarheid. Toen ik op de middelbare school zat, toen lazen wij een boekje van Feitse Boerwinkel met de titel: “Méér dan het gewone”. En de boodschap was: als je als Christen recht doet, dan doe je nog niks bijzonders; want dan geef je die ander alleen maar, waar hij of zij récht op heeft. De ware Christen doet méér dan het gewone. Het verschil tussen recht en liefde is: als je iemand recht doet, dan geef je alleen maar waar hij of zij recht op heeft, maar als je iemand liefhebt, vriendschap sluit, dan geef je iets van jezelf aan die ander. En moeder Teresa heeft gezegd, wat het geven betreft: “Give, that it hurts.” Geven, zodat het jezelf eigenlijk een beetje pijn doet, omdat je er afstand van moet doen. De gekruisigde Heer maakt ons duidelijk dat de liefde loopt op gewonde voeten.
Schatten in de hemel
Broeders en zusters, moge de viering van het Paasfeest ons weer brengen bij de kern van onze geloofsbelijdenis: dat Christus is verrezen en dat wij door ons doopsel met hem verbonden zijn En als Christenen zijn wij als eerste ‘hemel-burgers’. De apostel Paulus zegt: ‘Zint niet op het aardse, maar op het hemelse.’ Hoe de hemel er uit ziet, weten we niet. Ook de Schrift tast daarnaar. De Schrift kent het beeld van de tuin voor de hemel. De Schrift kent het beeld van de maaltijd met de Heer waar de Heer gastheer is, als teken van de hemel, als beeld van de hemel. De Schrift kent het beeld van de stad, de gouden stad Jeruzalem, de stad van de vrede. “Zint niet op het aardse, maar op het hemelse”, zegt de apostel Paulus. Wij zijn krachtens ons doopsel hemelburgers Laten wij in kracht van ons doopsel proberen in ons leven schatten in de hemel te vergaren. Door inderdaad, naar het woord van Moeder Teresa, iets te geven van onszelf, méér te doen dan het gewone.
Het is Pasen. De steen van lijden en dood is door goddelijk ingrijpen weggerold. Wij mogen getuige zijn van het lege graf. En mogen wij met de Evangelist, Johannes inderdaad, met dat zien ook tot geloof komen.
Zalig Pasen. Amen.
Luister hier de gehele Paaspreek (van 26:00 -35:35)